Ga naar de inhoud
Zoek

Op zoek naar energie in de vakantie? Ga eens hier kijken!

In Nederland klagen we graag over windmolens die het uitzicht verpesten. Maar wat als de energie niet op de grond staat, maar erin zit? Net als de materialen die we nodig hebben voor de energietransitie. Dat heeft een hele andere impact op het landschap. Dus daarom, in het kader van de zomervakantie, twee ideeën voor reizen naar gebieden waar onze impact op de wereld heel duidelijk zichtbaar is. En beide bereikbaar met de trein, zo duurzaam zijn we dan ook weer.

Hambach – Duitsland

Net over de grens in het industriële hart van het Duitse bondsland Noordrijn-Westfalen ligt een van de grootste dagbouwmijnen van Europa, Hambach. In de grote open vlakte wordt bruinkool afgegraven die even verderop in grote centrales wordt opgestookt om elektriciteit op te wekken. Niet de meest duurzame keuze, maar wel logisch om alle energie-intensieve industrie in de buurt van energie te voorzien.

De mijn had in 2017 een oppervlakte van ca. 457 km2, ongeveer tien keer zo groot als de totale oppervlakte van de gemeente Heerlen (onze Nederlandse mijnbouwhart). Naast deze enorme oppervlakte kent de mijn ook diverse records, waaronder het diepste open punt van Europa (299m onder zeeniveau), het hoogste voertuig op land (met 99m tot de top) en de hoogste door de mens gemaakte heuvel (301,8m boven zeeniveau, gemaakt met onbruikbare grond uit de mijn waar de bruinkool uit is gehaald).

Voor al deze records is er ook flink wat verbouwd in de omgeving. Zo zijn er enkele dorpen afgebroken, hele spoor- en snelwegen verlegd en was er tot enkele jaren geleden de kans dat een laatste stuk oerbos gekapt zou worden. Na veelvuldig protest en met voortschrijdend inzicht is inmiddels besloten dat dit plan niet verder wordt uitgevoerd.

Met de energietransitie in volle gang wordt er inmiddels hard gewerkt aan het sluiten van deze mijn. In 2029 zullen de machines worden uitgezet en zal er een einde komen aan 51 jaar dagmijnbouw in dit gebied. De grote vraag waar nu aan gewerkt wordt; wat gaan we daarna met dit gebied doen? Het gebied opnieuw inzetten voor energie, maar ditmaal voor duurzame energie, is een grote kanshebber. De mijn zal waarschijnlijk grotendeels al vollopen met water, waardoor bijvoorbeeld een drijvend zonnepark makkelijk te installeren is.

Maar daarnaast zijn er ook plannen voor een enorme pompcentrale. Met deze methode wordt de kuil een enorm omgekeerd stuwmeer, wat volloopt als elektriciteit duur is (want dan wekken de pompen elektriciteit op om te verkopen) en weer leeg wordt gepompt als elektriciteit goedkoop is (zodat je het daarna weer vol kunt laten lopen om geld te verdienen). Of dit plan het haalt gaan we de komende jaren zien, maar het is in ieder geval goed om te zien dat er vooruit wordt gekeken naar nieuwe energiekansen voor dit gebied.

Kiruna – Zweden

Voor de tweede locatie zoeken we het een stuk noordelijker. Middenin Zweeds Lapland ligt het prachtige plaatsje Kiruna. En de grootste ijzerertsmijn van Europa. Wat je hiervan ziet? Boven de grond vrij weinig, want deze mijn ligt volledig onder de grond. Onder de grond daarentegen gebeurt genoeg. En toch heeft ook deze mijn invloed op de omgeving boven de grond.

Eerst even een korte geschiedenis. Kiruna is in 1890 opgericht om de werknemers van de mijn dichtbij hun werk te huisvesten. De eerste baas van LKAB (het bedrijf achter de mijn) Hjalmar Lundbohm zag een mooie plek, net ten oosten van waar ze begonnen met de mijn. Inmiddels is het 134 jaar later. De mijn is inmiddels zo groot geworden dat het lucratiefste stuk onder de plek ligt waar ooit het stadje Kiruna is begonnen. En aangezien ze ook hier met graven last krijgen van aardbevingen zit er maar een ding op; een groot deel van de stad gaat 4 km naar het oosten verschuiven. Letterlijk.

In ruim 30 jaar tijd verhuizen ze de stad, met al haar inwoners. De mooiste gebouwen, zoals de historische kerk, worden letterlijk op transport gezet, terwijl nieuwe iconen worden gebouwd om het stadscentrum alvast een goede uitstraling te geven. De kosten voor de verhuizing, ca. €3,8 miljard, worden deels betaald door de Zweedse staat. Het grootste deel, ca. €2,8 miljard, wordt echter betaald door LKAB. Dit gaat vooral op aan verhuisvergoedingen voor de 6.000 mensen en bedrijven die weg moeten.

Gaan we meer van dit soort plaatsen zien in Europa?

Wat deze mijn te maken heeft met de energietransitie? Met de enorme hoeveelheden aan windmolens, zonneparken, batterijen, elektrolysers, etc. die we komende jaren willen bouwen komt ook een gigantische vraag naar grondstoffen om dit te doen. Deze mijn is binnen Europa de belangrijkste leverancier voor deze grondstoffen. Maar we willen meer. Veel meer. In de Europese Critical Raw Materials Act staat dat we in 2030 ca. 10% van het ‘mijnen’ van kritieke grondstoffen in Europa willen doen om minder afhankelijk te worden van andere landen. Op dit moment is dat ‘slechts’ 2%, wat betekent dat we in Europa nog veel meer van dit soort mijnen moeten gaan ontwikkelen. Maar waar?

In dit onderzoek uit 2023 zijn een aantal kaarten te vinden voor verschillende soorten metalen. Afhankelijk van het soort zie je dat vrijwel door heel Europa kansen liggen, behalve in Nederland (oké misschien net in Heerlen als je genoeg inzoomt, sorry Heerlen).

De belangrijkste vraag wordt nu dan ook, waar willen we wat ontwikkelen, en tegen welke voorwaarden? Deze discussie zal de komende jaren vooral gevoerd moeten worden. Deze mijnen hebben namelijk enorme impact op de omgeving, dus die wil je al helemaal niet zomaar in je achtertuin. Zeker niet als een windmolen al teveel is.

En de circulaire economie dan? Daar moeten we zeker ook aan verder werken. Want alles wat we hergebruiken hoef je niet nieuw uit de grond te halen. Maar zelfs dan hebben we nog heel veel meer aan nieuwe grondstoffen nodig om de circulaire economie van voldoende grondstoffen te voorzien.

Sta je dus op een bergtop deze zomer? Geniet er extra van. Misschien moeten we over 10 jaar ook wel het dorpje in de buurt verhuizen om de energietransitie door te laten gaan.